Als belegger moet je kosten maken om rendement te kunnen behalen. Helaas kunnen ook kleine kosten een grote invloed hebben op je uiteindelijke vermogen. Bovendien worden je resultaten mogelijk verder gedrukt door verborgen kosten waar je geen rekening mee hebt gehouden.
Je kosten in bedwang houden levert dus direct extra rendement op, zeker op lange termijn…
Voorbeelden van kosten
Er worden nogal wat kosten doorberekend over je beleggingen. Soms zelf zonder dat je het doorhebt.
De meest gangbare kostenposten zijn bijvoorbeeld:
- Servicekosten of bewaarloon.
- Transactiekosten.
- Kosten voor koersabonnementen van buitenlandse beurzen.
Er zijn ook wat minder gangbare kostenposten die je soms niet expliciet verwerkt ziet in je vermogen. Het gaat dan bijvoorbeeld om de volgende kostenposten:
- Kosten van ETF’s en beleggingsfondsen. Deze kosten worden verwerkt in de koers.
- Aansluitkosten als je op buitenlandse beurzen handelt.
- Kosten voor het overboeken van geld.
- Kosten bij het omwisselen van valuta.
- Kosten voor het overboeken van beleggingen van de ene naar de andere broker.
- Kosten voor het bijwonen van aandeelhoudersvergaderingen.
Kortom, de kosten kunnen behoorlijk optellen. Al deze kosten zijn van invloed op je uiteindelijke rendement.
Waarom letten op kosten?
Het is goed om jaarlijks te evalueren hoeveel kosten je betaalt. Ook kleine kosten kunnen zwaar wegen op het uiteindelijke rendement wat je behaalt.
In de onderstaande grafiek zie je het langetermijneffect van kleine kosten op je uiteindelijke rendement:
Zo maakt het nogal wat verschil of je 0,25% of 0,5% per jaar aan totale kosten betaalt. Na 20 jaar kost dat verschil je 10.000 euro extra rendement. Bij 1% kost het je zelfs rond de 30.000 euro aan vermogen ten opzichte van 0,25% kosten.
De totale kosten van je portefeuille kunnen al snel meer dan 1% bedragen. De meeste beleggingsfondsen rekenen bijvoorbeeld tussen de 2% en 3% kosten. Ook een reden om voor goedkope ETF’s te kiezen in plaats van dure beleggingsfondsen. Bovendien presteren ETF’s vaak ook nog beter.
Naast de kosten zijn er nog twee factoren van invloed op je uiteindelijke rendement: inflatie en belastingen. Deze factoren zijn minder gemakkelijk te beïnvloeden dan de kosten van je portefeuille.
Daarom is het van belang om alle kosten in je portefeuille zoveel mogelijk te reduceren. Kleine kosten tellen op, zeker als je een lange beleggingshorizon hebt.
Manieren om kosten te reduceren
Er zijn verschillende manieren om kosten te reduceren. Enkele suggesties:
- Kies een goedkopere broker.
- Handel niet te veel.
- Koop goedkope ETF’s en geen beleggingsfondsen.
- Let op alle extra kosten die brokers rekenen en probeer deze actief te vermijden.
Bij het kiezen van een goedkopere broker kan het zijn dat je moet inleveren op service. Dat is een afweging die je dan zult moeten maken.
Als je nog weinig vermogen hebt is het sowieso af te raden om veel te handelen. Meestal zit er een minimale grens aan de transactiekosten die je moet betalen, ongeacht de waarde van de transactie.
Stel dat iedere transactie je minimaal 8 euro kost. Als je rond de 400 euro per keer belegt zijn de kosten dus direct 2% van de transactiewaarde. Dan kan het verstandig zijn om het geld op te sparen en met wat grotere bedragen je aankopen te doen. Zorg ervoor dat de transactiekosten lager zijn dan 1% van de totale transactiewaarde.
Lees verder de kleine lettertjes op de website van je broker. Ongetwijfeld zullen er ergens kosten aan verbonden zijn zonder dat deze expliciet vermeld worden. Wees hier verdacht op.
Tot slot
Kleine kosten tellen op. Al deze kosten zullen je uiteindelijke rendement behoorlijk kunnen beïnvloeden. Zeker als je een lange beleggingshorizon hebt zullen kosten zwaar meewegen.
Check dus jaarlijks de hoogte van je kosten en probeer die te minimaliseren. De kans is groot dat je kosten hoger zijn dan je op voorhand verwacht. Veel kosten zijn gelukkig te voorkomen door er van tevoren rekening mee te houden.
